Week 5 Genezing/Mij Toevertouwen
Week 5 Mij Toevertrouwen/Genezing 12 november 2022
Wek mijn zachtheid weer.
Geef mij terug de ogen van een kind.
Dat ik zie wat is,
En mij toevertrouw,
En het licht niet haat.
Tekst: Huub Oosterhuis, Melodie: Antoine Oomen, Zang: Trijntje Oosterhuis
Marcus 9:17-29
Iemand uit de menigte sprak tot Jezus: Meester, ik heb mijn zoon naar U toegebracht
omdat hij in de macht is van een stomme geest. Waar deze hem overweldigt, werpt hij hem tegen de grond, en de jongen krijgt het schuim op de lippen, knarsetandt en wordt helemaal stijf.
De jongen is in de macht van een stomme geest. Hij kan niet praten over wat er diep in hem leeft en als hij dat wel probeert komen er geen woorden, maar andere geluiden en hij verstijft of verhardt. De jongen kan niet praten over wat hem diep van binnen dwars zit, wat hem heeft verwond. Dat blijft onderdrukt in zijn lijf zitten en beheerst daarmee zijn hele leven. Ik kijk naar deze jongen en naar mezelf, zie ik iets van hem in mij of van mij in hem?
Ik heb uw leerlingen gevraagd de boze geest uit te drijven, zei de vader, maar die hadden er de kracht niet toe. Jezus gaf ten antwoord: O ongelovig geslacht, hoe lang moet ik nog bij u zijn, hoe lang moet ik u nog verdragen? Breng de jongen bij me. Ze brachten de jongen bij Hem, maar zodra de geest Hem zag, liet hij de jongen stuipen krijgen; deze viel neer en rolde over de grond met het schuim op de lippen. Jezus vroeg aan de vader: Hoe lang heeft hij dit al? Deze antwoordde: Vanaf zijn kinderjaren. Hij heeft hem ook al dikwijls in het vuur en in het water geworpen om hem te doden.
Je diepste wonden door Jezus zelf laten bekijken: bij de jongen leidt dat tot nog meer stuipen en verkramping. Heb ik dat ook meegemaakt dat het soms makkelijker lijkt om de wonden te laten zitten waar ze zitten en ze niet aan de oppervlakte komen om te laten bekijken, omdat de pijn dan soms nog erger wordt?
Als Gij iets kunt doen, heb dan medelijden en help ons. Jezus antwoordde hem: Wat dat kúnnen betreft: álles kan voor wie gelooft. Ogenblikkelijk riep de vader van de jongen uit: Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp!
De jongen kan zelf niet om hulp vragen. Dat doet zijn vader voor hem. Herken ik dat? Dat ik door iemand anders weer vanuit liefde naar mijn innerlijke wonden kon kijken?
Toen Jezus zag dat de mensen te hoop liepen, gebood Hij op strenge toon aan de onreine geest: Stomme en dove geest, ik gelast je, ga uit hem weg en kom nooit meer in hem terug. Onder geschreeuw en hevige stuiptrekkingen ging hij uit hem weg; de jongen zag eruit als een lijk, zodat de meesten dachten dat hij dood was. Maar Jezus vatte hem bij de hand en richtte hem op; en hij kwam overeind.
Jezus gebiedt de onreine geest om te vertrekken. Dat gaat niet vanzelf, maar uiteindelijk verlaat de verkramping het lichaam van de jongen. Jezus pakt de jongen dan bij de hand en laat hem opstaan. Samen met Jezus kijken naar wat je dwars zit. Met Hem aan je zijde, in liefde, door de fysieke en geestelijke pijn gaan die het kost om je diepste wonden te laten helen. De zachtheid weer kunnen toelaten? Het is niet makkelijk, maar het leidt naar nieuw leven. Heb ik me ooit zo aan Hem durven toe vertrouwen of me door Hem laten genezen? Of is dat iets waarnaar ik verlang?